https://www.rd.nl/image/contentid/policy:1.1666821:1590758923/2020-05-22-katVR12-janheemskerk-4-FC-web.jpg?f=16x9&%24p%24f=2f53aa5
Jan Heemskerk (1818-1897)​ bekleedde het ambt van minister-president, net als zijn zoon Theodoor later. Schilderij van J.H. Neuman, 1896. beeld Wikipedia

Opkomst en neergang van de familie Heemskerk

by

Wie thuis is in de parlementaire geschiedenis van ons land weet dat we ruim een eeuw geleden een premier Heemskerk hebben gehad. Minister-president heette dat toen.

Wie heel goed thuis is in onze parlementaire geschiedenis weet dat zijn vader in de 19e eeuw dat hoge ambt ook al had bekleed.

Die combinatie van vader en zoon als minister-president was een unicum in onze geschiedenis. Bijzonder was ook dat terwijl vader Jan Heemskerk remonstrant was, zijn zoon Theodoor behoorde tot de Gereformeerde Kerken. Zo’n overgang kom je niet vaak tegen. Theodoor Heemskerk trad in de politiek op voor de ARP, zijn vader behoorde destijds tot de wegkwijnende conservatieve richting.

De familiegeschiedenis van het premiersgeslacht Heemskerk, die onlangs verscheen onder de titel ”Van vader op zoon”, gaat dan ook over interessante personen. Maar wat het boek vooral interessant maakt, is hoe de auteur Frederik Heemskerk (een kleinzoon van Theodoor) de familiegeschiedenis van binnenuit beschrijft.

Dat maakt het boek echter ook tot een tragisch geheel. Want met het nageslacht van Theodoor Heemskerk ging het niet best. De vader van de auteur dronk te veel, werd depressief, raakte maatschappelijk aan lager wal en maakte door een overdosis slaappillen een eind aan zijn leven. Een andere zoon en een dochter van Theodoor kampten eveneens met zware depressies.

Zoon Kees en dochter Anna waren de enigen die nog enigszins een normaal leven leidden. Anna, die getrouwd was met een gereformeerd predikant, was alleen overbezorgd. Zo had ze een panische angst voor tbc. Ze deed haar uiterste best om de huisdokter ervan te overtuigen dat haar vier oudste kinderen tbc hadden. Daarop vertrok ze, financieel gesteund door een rijke tante, met de kinderen voor meer dan twee jaar naar Zwitserland, haar man en de vier jongste kinderen in Nederland achterlatend.

Dochter Lut gaf haar hele vermogen uit aan paranormale boodschappen van een helderziende vrouw. Dochter Dé, die getrouwd was met een kunstschilder, kreeg een kind van een andere man. Dat leidde tot een vechtscheiding. Na verloop van tijd zocht ze haar heil in de Rooms-Katholieke Kerk, waar zij zich liet overdopen. Frits, de vader van de auteur, ging met Geelkerken mee naar de Gereformeerde Kerken in Hersteld Verband. Na de oorlog was hij nauwelijks meer kerkelijk meelevend.

Lydia von Zaremba

Op de achtergrond van al deze familiedrama’s staat heel duidelijk de tweede vrouw van Theodoor Heemskerk, Lydia Zaremba. Ook wel aangeduid als Lydia von Zaremba.

In 1881 was Theodoor getrouwd met Marie Hartsen, de dochter van een steenrijke conservatieve politicus. Theodoor was toen al opgeschoven van vrijzinnig naar orthodox-protestants. Later zou hij met de Doleantie meegaan. Het was een goed huwelijk. Ook qua geloofsovertuiging zaten beiden op één lijn. Ze kregen drie kinderen, maar na nog geen vijf jaar overleed Marie aan tbc.

Vier jaar later was de jonge weduwnaar in zijn eentje op vakantie in Duitsland. Daar ontmoette hij een Russische weduwe met twee ongehuwde dochters. De jongste dochter Lydia trok zijn aandacht. Hoewel haar moeder een huwelijk met die oude Hollander afraadde, zette zij door. Eerder had ze al een conflict met haar moeder gehad over haar plan om operazangeres te worden. De familie was berooid maar had wel een grafelijke titel. Kerkelijk waren ze luthers.

Na een uiterst korte kennismakingstijd besloten beide geliefden tot een huwelijk. Theodoor was 38, Lydia 21. Hun huwelijk vond in Sint-Petersburg plaats. Hoewel Lydia aanvankelijk erg dierbaar sprak over de kinderen van Theodoor, werd nadien besloten dat die (hoewel ze nog geen tien jaar waren) op kostscholen in Friesland en Gelderland werden ondergebracht.

Ook voor de kinderen die ze zelf zou krijgen, toonde ze weinig genegenheid. Volgens een kleindochter werden die min of meer verwaarloosd.

Dreigende echtscheiding

Ze woonden in Amsterdam, hoewel Theodoor vanwege zijn politieke bezigheden vooral in Den Haag verbleef. Alleen in het weekend was hij thuis, maar ook dan kregen zijn kinderen weinig aandacht. Na een paar jaar wilde Lydia scheiden. Theodoor smeekte haar om dat niet te doen. De combinatie van gescheiden man en vooraanstaand AR-politicus was in die tijd ongehoord. Lydia hield het ook een tijdlang met een ander.

Alles bij elkaar dus een heel familiedrama. Daarnaast waren er allerlei politieke verwikkelingen. Vergeleken met Kuyper, de man van de antithese, gold Theodoor Heemskerk als de exponent van het jolig christendom. Ze konden niet met elkaar door één deur. Kuyper vond dat hij in plaats van Heemskerk minister-president had moeten worden.

Aan het eind van zijn leven zou Heemskerk nog in botsing komen met Colijn. Die schoof hem in 1929 vanwege zijn gevorderde leeftijd (77) aan de kant als fractievoorzitter in de Tweede Kamer. Heemskerk bleef echter Kamerlid tot zijn dood in 1932.

Boekgegevens

Van vader op zoon. Opkomst en teloorgang van het premiersgeslacht Heemskerk, Frederik Heemskerk; uitg. Boom; 255 blz.; € 24,90