https://images1.persgroep.net/rcs/L9HZ1NGUxHqhiVbndgqYZ2kiw-c/diocontent/21031492/_fitwidth/763?appId=2dc96dd3f167e919913d808324cbfeb2&quality=0.8
David Moncoutié koerste zijn hele leven voor Cofidis.© AP

Viervoudig bergkoning van de Vuelta bleef clean in Armstrong-jaren: “In grote rondes en klassiekers kon je zonder doping niet concurreren met de rest”

by

Je zal maar coureur geweest zijn begin jaren 2000. Je best doen, wetende dat de meerderheid van je collega’s aan het spul zit. Het overkwam viervoudig bergkoning uit de Ronde van Spanje David Moncoutié. “Voor cleane renners was het toen niet mogelijk om te concurreren met de rest in grote wedstrijden.”

Het was een noodzakelijk kwaad. Iedereen deed het. Zonder was het onmogelijk om de Tour te winnen. Het zijn maar een paar van de vele zinsneden die worden aangehaald door renners die hun dopinggebruik uit het verleden proberen te verklaren of goed te praten. Nu de documentaire rond Lance Armstrong op het scherm is gekomen, wordt weer met iets meer aandacht gekeken naar de meest verfoeilijke periode uit het wielrennen.

Aan de koers van de jaren negentig en de beginjaren van deze eeuw blijft voor altijd een dopinggeur hangen, willens nillens. Toch zijn er renners - een minderheid - die het al die jaren probeerden zonder te grijpen naar verboden middelen. Eergevoel boven alles. Sommigen beten door, anderen hielden het vroeger dan gepland voor bekeken. Gedegouteerd door de zeden van het peloton in die tijd.

In België denken we dan in eerste instantie aan Edwig Van Hooydonck, in Frankrijk was er het voorbeeld van Christophe Bassons. Ook David Moncoutié heeft volgens zichzelf en veel anderen altijd een propere lijn aangehouden. In tegenstelling tot Van Hooydonck of Bassons, besliste hij om door te bijten. Maar dan moest hij wel zijn carrière heroriënteren, zegt hij bij het Franse Cyclismactu.net.

In grote rondes en klassiekers kon je zonder doping niet concurreren met de rest.David Moncoutié
https://images1.persgroep.net/rcs/JUsx8y0qaGYJ5AM4zZZ1y9ErTfA/diocontent/21032546/_fitwidth/763?appId=2dc96dd3f167e919913d808324cbfeb2&quality=0.8
© AP

Festina

“Ik werd prof in 1997. In die jaren was het heel moeilijk om grote wielerwedstrijden te overleven zonder extra middelen. Na de Festina-Tour in 1998 was het iets beter. De riem werd aangehaald qua dopinggebruik, zeker bij de Franse ploegen”, vertelt Moncoutié. De Fransman reed zijn hele carrière in dienst van Cofidis, maar voelde het wielrennen na 2002 weer veranderen. En niet ten goede.

Moncoutié mikte achttien jaar geleden op 27-jarige leeftijd voorzichtig op het klassement. De Fransman reed zich elke dag de naad uit de broek voor een dertiende plaats in de eindnotering. Het zou zijn beste prestatie ooit worden in een grote wielerronde. Verder verzamelde Moncoutié twee ritzeges in de Tour en vier keer etappewinst in de Vuelta. In de Ronde van Spanje won hij ook vier keer de bergprijs.

In de Tour van 2002 eindigde Moncoutié achter Armstrong, Rumsas, Botero, Leipheimer, Heras en Mancebo. Allemaal namen die later zijn gevallen in één of andere dopingzaak. “Ik heb toen echt mijn best gedaan, dan voel je je inderdaad een beetje bestolen als je naar de namen kijkt die voor me zijn geëindigd”, zegt Moncoutié, die in de periode 1999-2002 naar eigen zeggen wel voelde dat hij nog kon concurreren met zijn gedopeerde collega’s.

https://images3.persgroep.net/rcs/j7mxBcl2uec-TkyGt7I3fc5t88M/diocontent/12292128/_fitwidth/763?appId=2dc96dd3f167e919913d808324cbfeb2&quality=0.8
© AFP

Heroriënteren

“Vanaf 2003 voelde ik dat het er weer aan toe ging zoals voor de Festina-affaire. Het was al niet makkelijk voor mannen die meededen voor het klassement in de grote wedstrijd met doping. Armstrong? Hij deed zoals de anderen deden. Gelukkig waren er wel nog een paar, zoals ik, die zonder verboden middelen koersten. Helaas konden wij dan niet meer concurreren in grote rondes en grote klassiekers.”

Moncoutié koos er dan ook voor om zijn carrière te heroriënteren. “Ik heb mijn doelen veranderd en focuste na 2003 enkel nog op ritwinst in grote rondes. Hoewel ik in 2002 als dertiende eindigde, was ik nog een flink eind achter Armstrong gefinisht in het klassement. Het staat vast dat het zonder doping andere wedstrijden zouden zijn geweest, maar misschien had ik ook ook niet de mindset om voor een podiumplaats te strijden.”

“Ik kan in elk geval van niets spijt hebben. Gezien de omstandigheden die in die periode heersten, is mijn carrière geslaagd.”

Lees ook:

Lance Armstrong dankt naam én karakter aan gemene stiefvader: “Hij sloeg me helemaal in elkaar met een plank”

Lance Armstrong dopeerde zich voor het eerst op z’n 21ste: “Of ik kanker kreeg door doping? Ik zeg zeker geen ‘nee’”