Baas van de dopingjacht: ‘Sporters kunnen niet zomaar hun gang gaan’
De Dopingautoriteit heeft vanwege de coronacrisis sinds half maart weinig controles uitgevoerd, maar werkt nu aan een inhaalslag. Met een alternatieve contactloze dopingcontrole kan directeur Herman Ram daarbij iets nieuws inzetten.
"Ik hoop dat we snel weer op het oude niveau zitten”, zegt directeur van de Dopingautoriteit Herman Ram. Hij noemt de afgelopen maanden een groot probleem. Wereldwijd zijn de controleprogramma’s tot een minimum teruggebracht. Wedstrijden zijn er in Nederland nog niet en slechts de trainingen komen weer langzaam op gang.
Dat laatste heeft te maken met de versoepeling van de coronamaatregelen. Nu contactberoepen weer aan de slag mogen, kunnen ook de dopingcontroles weer beginnen. Dat is nodig ook. Ram ving al signalen op dat sporters zich zorgen maken, omdat er minder werk kon worden gemaakt van het opsporen van het gebruik van verboden middelen.
'Ze kunnen niet zomaar hun gang gaan'
"De ongerustheid kan ik niet zomaar oplossen, maar in het gat dat deze periode valt kunnen sporters niet zomaar hun gang gaan” zegt Ram. "Uit het biologisch paspoort kunnen later nog zaken voortkomen. Bij nieuwe controles kunnen we zien of waarden afwijken. We gaan controles doen, maar dan met enig uitstel.”
Doping voor de lange termijn
Want ook al zijn er nu even geen wedstrijden, Ram legt graag uit wat het belang is van dopingcontrole buiten de competities om. "Er zijn nu eenmaal vormen van doping met langdurige werking. Anabole steroïden bijvoorbeeld. Daarmee kweek je extra spieren, maar als je stopt met trainen dan nemen ze niet af. Zo past het lichaam zich blijvend aan en ben je veel sneller op niveau.”