https://static.voetbalzone.nl/images/photos/ori_1152_648/15635983514335.jpg

‘Hij zei: ‘Wil je ooit nog voetballen, kunnen lopen of je familie terugzien?’’

Aan het begin van zijn carrière reikte Karim Mossaoui met Excelsior en Fortuna Sittard al tot het Nederlandse profvoetbal, maar die 47 wedstrijden op Keuken Kampioen Divisie-niveau verbleken bij de avonturen die hij daarna meemaakte. Hij kreeg een pistool op zich gericht in Bulgarije, groeide uit tot beste speler in het Nederlandse zaalvoetbal en tegenwoordig gaat de 32-jarige dribbelaar als een beroemdheid door het leven bij ‘het Real Madrid van Indonesië’.

Door Merlijn Reesink

Qua ambiance was Mossaoui wel wat gewend bij de Nederlandse kampioenswedstrijden in de zaal. Bij zijn club Bintang Timur is alles echter nog minimaal tien keer uitvergroot. Zelfs bij oefenwedstrijden zit de zaal afgeladen vol en de mensen zijn niet meer te houden als de Indonesia Pro Futsal League weer begint. Nu is het seizoen voortijdig beëindigd door de coronacrisis en Mossaoui is terug in Nederland bij familie. Hij geniet van het samenzijn, maar verlangt ondertussen ook weer naar zijn leven ten oosten van Java. “Zaalvoetbal is daar veel groter dan hier. De complexen zijn exclusief voor het zaalvoetbal gemaakt. Het zijn een soort futsalarena’s en die sfeer is echt niet normaal.”

Mossaoui leeft er als een celebrity. Hij kan niet over straat zonder herkend en aangesproken te worden, zijn Instagram stroomt vol met berichten en zijn fraaiste goals gaan in een mum van tijd viraal. “Ik krijg dagelijks berichten op sociale media met dingen als ‘Kan je me een video sturen, me motiveren? Ik wil net zo worden als jij. Je bent echt mijn voorbeeld’. Mijn teamgenoot Khalid (Khalid El Hattach - red.) kreeg zelfs een bericht van een man: ‘Mijn vrouw is zwanger, we willen het kind naar jou vernoemen.’ Dat is echt bizar”, verhaalt Mossaoui, die een groot verschil merkt met Nederland. “Als je hier bijvoorbeeld een Karsdorp (Rick Karsdorp, Feyenoord - red.) bent, dan heb je dat van: ‘Kijk hem nou stoer doen’. In Indonesië heb je dat niet. Daar willen ze je zelfs optillen. Ze willen je zoenen als het kan.”

Het was echter lang niet altijd vanzelfsprekend dat hij het leven van een beroemdheid zou leiden. Tot zijn 18e speelde Mossaoui bij amateurvereniging Spartaan ‘20 in Rotterdam. Daarna ging hij naar Excelsior, waar hij uiteindelijk 3 jaar onder contract kwam te staan. Hij speelde 35 wedstrijden voor de Kralingers en werd het laatste halfjaar van zijn contract aan Fortuna Sittard verhuurd, waar hij nog eens tot twaalf optredens kwam. Meer wedstrijden zouden er niet komen op de Nederlandse velden, want Excelsior verlengde zijn contract niet en Mossaoui had zich bijna neergelegd bij het vroegtijdige einde van zijn carrière, tot hij een mogelijkheid kreeg om op 22-jarige leeftijd naar Bulgarije te verkassen. OFC Etar Veliko Tarnovo, destijds een laagvlieger op het hoogste Bulgaarse niveau, wil hem inlijven en het wordt een kortstondig dienstverband wat hij nooit meer gaat vergeten.

Via een vriend komt Mossaoui in contact met een garagehouder in Rotterdam, die hem wilde aanbieden bij Etar in Bulgarije. “Ik kende hem niet, maar hij had gezegd dat hij mij voor kon stellen bij die club. Hij vroeg me of ik het niet in het buitenland wilde proberen. Ik vertrouwde het niet, maar ik had geen club op dat moment en mijn zaakwaarnemer was ook niet actief met mij. Dan ga je keuzes maken. Je weet dat je niks in Nederland kunt vinden en je hebt het gevoel dat het je laatste kans is. Dat is ook wat me werd wijsgemaakt. Bovendien werd mij tekengeld beloofd. Toen heb ik die keuze gemaakt”, verklaart Mossaoui, die in eerste instantie in een goed hotel werd geplaatst en keurig werd verzorgd.

Toch ging het al snel bergafwaarts. De garagehouder ging na een week terug naar Nederland en de fraaie hotelkamer werd omgeruild voor een appartementje. “Dat was niet echt ‘wauw’ ofzo, maar voor mij alleen was het wel te doen. Op een gegeven moment kwamen er echter mensen bij mij wonen. Spelers die op stage kwamen, die werden gewoon erin gegooid. Zo van: ‘ja, je gaat bij hem slapen’. De deur ging open en er kwamen twee jongens naar binnen. Er waren twee slaapkamers en een woonkamer. Ik sliep alleen en die gasten sliepen samen.”

https://www.mupload.nl/img/8bv9ig1.png

Ondertussen heeft Mossaoui, naast het feit dat hij nieuwe huisgenoten heeft gekregen, nog geen cent aan salaris gehad. Zelfs het beloofde tekengeld heeft hij maar gedeeltelijk ontvangen. Daarnaast zit zijn contactpersoon in Rotterdam. Mossaoui belt hem een aantal keer met zijn klachten, maar er verandert niets aan de situatie. “Een paar maanden later was er nog steeds niks geregeld. Dan wil je weer terug naar Nederland.” Hij besluit naar het bestuur te stappen en stelt de voorzitter en diens compagnon een ultimatum: ‘Als ik nu mijn geld niet krijg, ga ik weg, dan ga ik terug naar Nederland. Per direct.’

De reactie blijkt vele malen heftiger van verwacht. “Die compagnon heeft mij bedreigd met een vuurwapen”, aldus Mossaoui. “Hij vroeg me of ik ooit nog wilde voetballen, lopen of mijn familie zien. Dus daar zat ik dan, in een kantoor in Bulgarije. Als daar iets zou gebeuren, zou niemand er ooit achter komen.” Mossaoui hield zich naar eigen zeggen sterk en reageerde woedend. “Ook niet goed natuurlijk, maar je moet wat. Ik ging een beetje tof doen, je weet toch. Als je bang bent, ga je moedig doen. Ik zei: ‘Als je mij schiet, moet je door m’n hoofd schieten, want jullie kennen mij niet’. Ze schrokken best wel van mijn reactie en werden wat rustiger. Toen ben ik heel snel de deur uitgelopen, zodat ze mij niks meer konden doen. Ik zei: ‘Jullie gaan het zien!’ en smeet de deur dicht.”

Eenmaal in zijn appartement aangekomen merkt Mossaoui dat de voorzitter en zijn compagnon het er niet bij laten zitten. “Ze hebben twee man op mij afgestuurd die de opdracht hadden mij overal te schaduwen.” Zij volgen hem zelfs naar de toiletten van de bar en zien hem nog zijn derde wedstrijd voor Etar spelen, terwijl Mossaoui werkt aan een ontsnappingsplan. Angst regeert en uiteindelijk waagt hij het erop. “Op een gegeven moment, midden in de nacht, zag ik niemand. Ik trok het niet meer, ik moest weg. Mijn broer had een vlucht voor mij geboekt en ik ben naar het vliegveld gegaan. Daar moest ik nog vier uur wachten. Dat was bizar. Ik heb al mijn spullen in het appartement achtergelaten.”

https://www.mupload.nl/img/3vyq2mv.png

Op het vliegveld in Bulgarije staat Mossaoui doodsangsten uit, maar hij haalt zijn vlucht zonder lastig gevallen te worden. Op Schiphol staat zijn broer op hem te wachten. Ondanks dat hij zich nog niet veilig voelt, is hij opgelucht. Omringd door familie en vertrouwde gezichten kan hij zich weer op de toekomst richten, al zou het dan nog wel een paar maanden duren voordat hij rustig slaapt. OFC Etar heeft nooit meer contact gezocht met Mossaoui en hij ook niet met hen. Via de website van de club las hij dat hij ‘zomaar’ en ‘zonder enige aanleiding’ weg was gegaan. “Ik heb de spelers nooit meer gezien of gesproken, ik heb ook nooit meer contact gehad met de trainer of wie dan ook. Ik wil dat ook niet. Ik ben nu gelukkig, laat dat zo blijven. Anders krijg ik die herinneringen weer en dat hoef ik echt niet”, aldus Mossaoui, die in de zomer van 2012 via de broer van Mounir El Hamdaoui aan een stage bij Helmond Sport komt.

Hij verdient een amateurcontract en krijgt de belofte dat hij de eerste competitiewedstrijd in de basis zal beginnen. Dat gebeurt echter niet, omdat Mossaoui nog niet speelgerechtigd blijkt te zijn. Zijn voormalig werkgever in Bulgarije moet hem nog overschrijven. Dit duurt nog een paar maanden. In deze periode speelt Helmond Sport verdienstelijk, maar er is geen rol voor hem weggelegd. Daarnaast verdient hij vanwege zijn amateurcontract geen salaris. ‘Stiekem’ traint Mossaoui dan al mee bij TPP Rotterdam, een zaalvoetbalvereniging (nu Feyenoord Futsal) actief in de Eredivisie. Hij besluit definitief de overstap naar de zaal te maken en dat blijkt een gouden zet. “Ik ging weer het plezier zoeken. Daarnaast kende ik de trainer van TPP al sinds mijn geboorte. Dat is een goede vriend van mijn broers. Eerder was ik al een keer gevraagd om daar te gaan voetballen, maar toen wilde ik het nog proberen bij Helmond Sport.”

https://static.voetbalzone.nl/images/photos/ori_576_324/3735161358135.jpg

In de zaal speelt Mossaoui een aantal jaren voor meerdere clubs in de Eredivisie. Hij wordt twee keer landskampioen en twee keer bekerwinnaar, wint de Supercup en speelt de Champions League. In het seizoen 2015/2016 wordt Mossaoui uitgeroepen tot beste speler van de Eredivisie. Ook is hij vaste kracht bij Oranje en hij komt in beeld bij Bintang Timur Surabaya, ‘het Real Madrid van Indonesië’. Daar werkt een Nederlandse trainer, Hicham Ben Hammou, die hem in 2018 vroeg voor een periode van drie maanden. “Het salaris dat ze boden was goed, maar voor drie maanden moet je echt wel wat gaan verdienen. Daarnaast was mijn vrouw zwanger van mijn tweede kind. Ik dacht: ‘Ik zit goed bij Hovocubo, ik wil nog een keer kampioen worden’ en dat is gelukt.”

In de zomer van 2019 stond Bintang andermaal op de stoep en nu gaat Mossaoui wel akkoord. “Je verdient daar zeven tot acht keer meer dan in Nederland en je bent fullprof. Je traint twee keer per dag, je doet wat je leuk vindt. Dan is de keuze wel gemaakt. Daarnaast heb ik in Nederland alles gewonnen wat je kan winnen.” Mossaoui tekent voor een jaar en heeft inmiddels zijn krabbel gezet onder een contract wat hem nog eens minimaal twaalf maanden bindt. Door de uitbraak van het coronavirus is de competitie voortijdig beëindigd en de missie om kampioen te worden is nog niet waargemaakt. Bovendien is het er heerlijk vertoeven, aldus de 32-jarige, die in de nadagen van zijn carrière toch nog het voetbalgeluk heeft gevonden waar hij zo lang van droomde. “Alles is top geregeld. Het eten, je kijkt niet om naar je geld, je krijgt alles op tijd. Alles wordt voor je gedaan. Je bent gewoon prof. Lekker weer, de hele dag in je korte broek. Het is echt heerlijk.”