Slimme robot in opmars
by Bart van den DikkenbergRobots zijn niet meer weg te denken uit de samenleving. Niet alleen stofzuigrobots, maar bijvoorbeeld ook slimme wasmachines nemen mensen steeds meer taken uit handen. En de ontwikkelingen gaan razendsnel.
De weg naar kunstmatig intelligente machines was lang, schrijft prof. Terrence Senowski in ”Kunstmatige intelligentie”. Onder meer doordat de voortrekkers te lang hebben vastgehouden aan de verkeerde strategie: ze wilden elke mogelijkheid waar de machine mee te maken kon krijgen in een computerprogramma verwerken. Dat bleek onbegonnen werk; al was het maar omdat sommige taken op 10170 (een 1 met 170 nullen) manieren kunnen worden uitgevoerd.
Experts zoeken het nu in neurale netwerken: sensoren en slimme algoritmen die samenwerken in de cloud – een enorm decentraal computernetwerk. Dergelijke netwerken maken gebruik van vormen van deep learning; ze zijn zelflerend geworden. Ze herkennen patronen, op een vergelijkbare manier als de menselijke hersenen dat doen.
Er daagt een nieuw tijdperk, stelt Sejbowski. Zelfrijdende auto’s rijden straks beter dan wijzelf. Bewakingscamera’s worden uitgerust met gezichtsherkenning. Artsen krijgen assistentie bij het opsporen van ziekten. Een sociale robot houdt ouderen gezelschap.
Al met al belicht het boek de mogelijkheden en onmogelijkheden van kunstmatig intelligente machines veelzijdig, zowel theoretisch als praktisch.
Kunstmatige intelligentie. De revolutie van neurale netwerken en deep learning, Terrence J. Sejnowski; uitg. Veen Media; 266 blz.; € 44,99