Duizenden demonstreren in Hongkong tegen nieuwe Chinese veiligheidswet
by Marije VlaskampDuizenden mensen hebben zondag in Hongkong gedemonstreerd, ondanks een samenscholingsverbod door het coronavirus. Ze kwamen in verzet tegen de nieuwe veiligheidswet, die de Chinese regering de voormalige Britse kroonkolonie wil opleggen.
Omdat slechts voorlichtingsbijeenkomsten met ‘een medisch karakter’ zoals Covid-19-preventie zijn toegestaan, trok de politie met traangas, waterkanonnen en pepperspray op tegen samenscholingen van betogers. Meer dan 120 mensen werden gearresteerd.
De protesten richtten zich op een Hongkongs wetsvoorstel dat voorziet in maximaal drie jaar cel wegens het bespotten van het Chinese volkslied, maar vrijdag kwam daar een veel grotere controverse bij. Toen stelde de Chinese overheid tijdens de jaarvergadering van het Chinese parlement in Beijing voor dat Hongkong rechtstreeks veiligheidswetgeving van de centrale overheid krijgt opgelegd. Nadat Hongkong in 2003 probeerde zelf veiligheidswetgeving in te voeren, gingen meer dan een half miljoen demonstranten de straat op in protest tegen de toenemende inbreuk vanuit China op hun democratische vrijheden. Daarna werd het onderwerp op de lange baan geschoven.
Vorig jaar zomer leidden plannen voor een omstreden uitleveringswet tot verzet tegen mogelijk ongebreideld optreden door Chinese politieorganisaties op Hongkongse bodem. Die hevige demonstraties mondden uit in een brede anti-Chinese protestbeweging. Na bijna een jaar politieke onrust – en nog steeds geen strengere staatsveiligheidswetgeving – is het geduld in Beijing op. ‘Bescherming van de nationale veiligheid’ in Hongkong is volgens de Chinese minister van Buitenlandse Zaken Wang Yi ‘een urgente zaak’ en daarom wordt het Hongkongse bestuur nu gewoon gepasseerd. Hongkong mag zelf veiligheidswetgeving opstellen voor verraad en diefstal van staatsgeheimen, maar als het gaat om serieuzere zaken als afscheiding, buitenlandse inmenging en opruiing maakt Beijing de dienst uit.
Aanslag op autonomie
Britse, Australische, Canadese en Europese politici spraken zaterdag hun bezorgdheid uit over deze nieuwste aanslag op de autonomie van Hongkong. Die zelfstandigheid zou volgens afspraken bij de overdracht van de Britse kroonkolonie aan de Volksrepubliek China tot 2047 gehandhaafd wordt. In totaal tekenden zaterdag tweehonderd parlementariërs en politici uit 23 landen protest aan tegen de manier waarop Beijing Hongkong veiligheidswetgeving opdringt, zonder dat de Hongkongse bevolking daar iets over te zeggen heeft.
Vice-premier Han Zheng, verantwoordelijk voor Hongkong, veegde zondag de internationale kritiek van tafel. De wet richt zich volgens Han ‘slechts op een kleine minderheid’ van ‘onafhankelijkheidsactivisten, gewelddadige radicalen en demonstranten die de Hongkongse economie ontregelen’. In zijn ogen is het risico op ondermijning van de eenpartijstaat door ‘vijandige buitenlandse krachten’ vanuit Hongkong te groot geworden.
Beijing heeft ook haast vanwege plaatselijke verkiezingen in Hongkong in september. Verkiezingswinst voor de democratische partijen leidt ongetwijfeld tot politiek verzet tegen staatsveiligheidswetgeving. Vandaar dat het Chinese parlement naar verwachting over vier dagen het voorstel goedkeurt, zodat de wetten al in de zomer kunnen worden ingevoerd, ver voor de verkiezingen.
Het meest omstreden onderdeel van de wet geeft Chinese staatsveiligheidsdiensten de bevoegdheid in Hongkong te opereren. Nu werken die daar onder de radar, omdat Hongkong formeel zeggenschap over politie en justitie heeft. Eerder verdwenen activisten, kritische uitgevers en zakenlieden met te veel kennis van zaken over de financiële handel en wandel van de Chinese partijelite echter uit Hongkong – later stelden sommigen dat ze door de Chinese staatsveiligheidsdienst naar het vasteland waren ontvoerd.