Vertrouwen in politiek zit op bodemkoers
Politici die hadden gehoopt dat de coronacrisis ertoe zou leiden dat meer kiezers vertrouwen zouden stellen in hun leiders, zijn eraan voor de moeite. Het politieke cynisme van de burger blijft even groot als een jaar geleden, blijkt uit De Stemming, een onderzoeksproject van de Universiteit Antwerpen en de VUB in opdracht van De Standaard en VRT NWS.
Vooral bij de Vlaams Belang-aanhangers is het politieke wantrouwen extreem hoog. Bij die partij denken twee op de drie dat politici corrupt zijn, bijna drie op de vier aanhangers zijn van mening dat die niet begrijpen wat leeft in de samenleving. De kiezers die nog het meest tevreden zijn over politiek, zijn te vinden bij CD&V en Open VLD.
Het percentage Vlamingen die tevreden zijn over de werking van de Belgische democratie zit op een bodemkoers: 43 procent van de Vlamingen is ontevreden, tegenover 25 procent tevredenen en 31 procent die het niet weet. Een jaar geleden, vlak na de verkiezingen en toen Belgiƫ ook al een half jaar zonder volwaardige regering zat, lag het percentage ontevredenheid op een even hoog niveau.
Het vervangen van de minderheidsregering door een normale regering is geen dringende prioriteit voor veel Vlamingen. Het vertrouwen is bij de aanhang van linkse partijen groter dan bij die van rechtse partijen. Maar zelfs bij Vlaams Belang en N-VA is er een meerderheid die vindt dat het belangrijker is dat de huidige regering nu haar werk doet, in plaats van te zoeken naar een coalitie die wel een meerderheid heeft in het parlement.