Nederlands natuurrecord in Vlijmens Ven
by Natuurmonumenten, Provincie Noord-Brabant25-MEI-2020 - Je ziet het al wanneer je langs de natuurgebieden Vlijmens Ven en Vughtse Gement rijdt. Waar aan de zuidkant van Den Bosch de flats uit de grond schieten, ontwikkelt de natuur zich aan de andere kant van de Spoordijk minstens zo snel. Dit gebied heeft nu hét Nederlands record van de meest soortenrijke opname. In één vak van drie bij drie meter vond men 88 plantensoorten. Het vorige record was 76.
Wanneer je langs de natuurgebieden Vlijmens Ven en Vughtse Gement rijdt, zie je geen biljartlakens van één soort gras, maar een kleurschakering van allerlei soorten planten. De echte bloeiperiode moet dan nog komen! Nadat de met meststoffen verrijkte bovenlaag werd afgegraven en uit nabijgelegen natuurgebieden maaisel werd opgebracht, is de plantenrijkdom in deze natuurgebieden explosief gestegen. Er werd zelfs een record gevestigd: de meest soortenrijke plantenregistratie (vegetatieopname) ooit.
Waar aan de zuidkant van de stad Den Bosch de flats als paddenstoelen uit de grond schieten, ontwikkelt de natuur zich aan de andere kant van de Spoordijk minstens zo snel. Natuurmonumenten heeft een paar jaar na het grootschalige natuurherstelproject ‘Blues in the Marshes’ de plantenrijkdom van Vught tot Vlijmen onderzocht.
Er werden afgelopen jaar 125 belangrijke plantensoorten gevonden, met meer dan 11.500 waarnemingen. Hieronder bevinden zich ook 44 soorten van de Rode Lijst. Het langgerekte natuurgebied heeft nu zelfs hét Nederlands record van de meest soortenrijke opname. In één zogeheten vegetatieopname van drie bij drie meter blauwgrasland werden maar liefst 88 soorten gevonden. Het vorige record stond op 76.
Biodiversiteit krijgt een boost
Gebiedsmanager bij Natuurmonumenten Fons Mandigers: “De meeste bezoekers komen op de prachtige gele velden ratelaar en de orchideeën af. Maar nu al zie je tal van bloemen. En hoe langer je kijkt hoe meer planten je ziet. Het is niet alleen voor ons een geweldig resultaat, maar vooral voor de biodiversiteit in het gebied. Want daar moeten we in Nederland echt aan gaan werken. De biodiversiteit staat voor alle soorten op aarde en hun aantallen. Daarvan is op wereldschaal nog zeventig procent over. In Europa is dat nog bijna de helft. In Nederland is nog maar vijftien procent over van de oorspronkelijke natuur. Daarmee zijn we het slechtste jongetje van de klas in Europa.”
Hier zijn de resultaten gelukkig wél hoopgevend. In Nederland is nog slechts zo’n vijftig hectare kwalitatief goed ontwikkeld blauwgrasland te vinden. Maar van dit bijzondere type grasland is er nu al 23 hectare in dit gebied aanwezig. Bijzondere doelsoorten als vlozegge, blonde zegge en parnassia zijn al heel talrijk. En qua orchideeën doen brede orchis, rietorchis, gevlekte orchis en moeraswespenorchis het uitstekend. Er zijn stukken waar het nog beter kan, de grond moet hier verder verarmen, omdat er bijvoorbeeld nog teveel stikstof in zit. Andere delen hebben teveel onder de droogte te lijden gehad. Daarom kan verwacht worden dat het oppervlak aan blauwgrasland de komende jaren verder zal toenemen. Ook het pimpernelblauwtje heeft zich helaas nog niet kunnen verspreiden. De droogte van de afgelopen speelde daarbij parten. Hopelijk is dit slechts een kwestie van tijd.
Natuurmonumenten is ontzettend trots op dit resultaat en zet de ingezette lijn van natuurbeheer door. Gebiedsmanager Fons Mandigers: ”Tot op heden hebben wij het beheer in eigen hand opgepakt. Daardoor kunnen we veel flexibeler omgaan met de omstandigheden. Wanneer we iets later of juist eerder moeten maaien, dan kunnen wij dat zelf bijstellen. Het resultaat mag er zijn!”
Vijf jaar natuurherstel is het meer dan waard
In de periode 2012-2017 vond hier met subsidie van de Europese Unie het LIFE+-project ‘Blues in the Marshes’ plaats. Samen met De Vlinderstichting, Waterschap Aa en Maas, Staatsbosbeheer, provincie Noord-Brabant en gemeente Heusden ging Natuurmonumenten aan de slag. Van ongeveer tweehonderd hectare van de deelgebieden Vlijmens Ven (Heusden) en Honderd Morgen (Vught) werd de bovenlaag gemiddeld veertig centimeter afgegraven. Vervolgens is hier maaisel uit drie brongebieden uitgestrooid. Uit de Moerputten (direct grenzend aan Honderd Morgen), het Labbegat (NB) en De Bruuk (Gld). Dit met als doel zeldzaam blauwgrasland te ontwikkelen en het leefgebied van de vlinder het pimpernelblauwtje te vergroten. Ongeveer een derde deel van de vrijkomende grond werd gebruikt voor aanleg van hoogwaterkades in het hoogwater beschermingsgebied (HoWaBo).
Tekst: Natuurmonumenten
Foto's: Natuurmonumenten; beeldbank provincie Noord-Brabant; Wout van der Slikke