Verbod op onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren schendt godsdienstvrijheid niet
by jvHet verbod op onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren dat toenmalig Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA) in 2016 invoerde, schendt de godsdienstvrijheid niet. Dat blijkt uit een vonnis dat de Nederlandstalige Brusselse rechtbank van eerste aanleg vrijdag heeft uitgesproken, zo meldt dierenrechtenorganisatie GAIA. Enkele moslimorganisaties waren tegen dat verbod naar de rechtbank gestapt, maar die heeft hun ongelijk gegeven.
In 2016 was onverdoofd slachten in België enkel toegelaten in permanente slachthuizen, en dat op basis van een Europese Verordening ter zake. Vlaams minister van Dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA) besloot dan ook een verbod in te voeren op onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren, omdat die niet voldoen aan de strenge dierenwelzijn- en hygiënevereisten waaraan de erkende permanente slachthuizen wel moesten voldoen.
Een aantal moslimorganisaties dagvaardde echter het Vlaams gewest omdat ze meenden dat minister Weyts ten onrechte een verbod had ingevoerd op de praktijk van onverdoofd slachten op tijdelijke slachtvloeren in het kader van het offerfeest. Volgens de eisende partijen was het verbod in strijd was met enkele fundamentele Europese rechtsregels, waaronder de godsdienstvrijheid en non-discriminatie.
De Nederlandstalige Brusselse rechtbank van eerste aanleg stelde een prejudiciële vraag aan het Hof van Justitie van de Europese Unie in Luxemburg, dat in een arrest van 29 mei 2018 oordeelde dat het verbod terecht was ingevoerd. De Brusselse rechtbank volgde dat arrest en wees de eisen van de moslimorganisaties dan ook af.
"Dit vonnis is een zeer goede zaak", zegt Michel Vandenbosch, voorzitter van GAIA. "Een andere beslissing zou aanleiding geven tot de chaos van de sinds 1988 verboden thuisslachtingen en/of het amateurisme op tijdelijke slachtvloeren.”