‘We gaan te nonchalant om met de pil’
by Katrin SwartenbrouxSteeds meer vrouwen verbannen de anticonceptiepil. Het boek Je brein aan de pil van psychologe Sarah Hill bespreekt de grote impact die het kleinood heeft op ons mentaal welzijn. ‘Alsof je een atoombom op een huis gooit om een kaars te doven.’ Heeft de pil na 60 jaar stilaan afgedaan?
✦ Exclusief voor abonnees door Katrin Swartenbroux31 januari 2020, 14:00
Ik moet een van de laatsten in mijn omgeving zijn die zich nog beschermt tegen ongewenste zwangerschap middels hormonen. En al helemaal de laatste om dat dagelijks via een pilletje te doen. Vriendinnen die de pilstrip resoluut de vuilbak in kieperden, declameerden na enkele weken al dat ze zich vrijer voelden, meer zichzelf. Dat ondervond ook Amerikaans evolutionair sociaal psychologe Sarah Hill die, nadat ze van de hormonale anticonceptie afstapte, opmerkte dat ze veel vrolijker was, meer energie had, vaker zin had in seks. “Ik nam het waar, maar kon het niet echt verklaren”, aldus Hill.
HOE WERKT HET OOK ALWEER?
Tijdens de vrouwelijke cyclus gaan de niveaus van hormonen op natuurlijke wijze op en neer. Tijdens de eerste fase neemt de hoeveelheid oestrogeen toe, waarna een signaal naar de hersenen gaat om de ontwikkeling van een eicel te stimuleren. Na de eisprong stijgt het progesteronniveau, wat de hersenen laat weten dat rijping van een eicel niet (meer) nodig is. De pil bevat hormonen die ervoor zorgen dat de hormoonspiegel de hele maand gelijk blijft en legt de productie van de twee natuurlijke hormonen stil. Er is niet één soort pil, er zijn wel 100 samenstellingen van oestrogeen en progesteron mogelijk, maar de werking is wel hetzelfde: de eisprong van de vrouw wordt hormonaal onderdrukt, waardoor ze niet (of toch bijna niet) zwanger kan worden. Dat werkt. En dat werkt goed. Maar de hoeveelheid hormonen die hiervoor gebruikt wordt is volgens Hill echter overdreven. In haar boek vergelijkt ze het met een atoombom op je huis gooien om een kaars uit te blazen.
Dat de pil hier wel eens mee te maken zou kunnen hebben, ontdekte ze pas na een lezing van een collega, waarin terloops werd vermeld dat bij een studie naar het stresshormoon cortisol de resultaten van vrouwelijke proefpersonen niet werden meegeteld omdat de pil de cortisollevels beïnvloedde. Hill was stomverbaasd, dook in de literatuur en publiceerde Je brein aan de pil, een boek waarin de psychologe oplijst wat we weten, maar vooral nog níét weten over de effecten van hormonale anticonceptie in het brein. En dat blijkt heel wat te zijn.
Mentale 180
“Het is een blinde vlek”, aldus de psychologe aan Trouw. “(Geslachts)hormonen beïnvloeden heel wat dingen in een lichaam. Als je daaraan iets verandert, zoals de pil doet, waarom zouden we dan denken dat de gevolgen zich beperken tot het voorkomen van een zwangerschap?” Spoiler: dat doen ze niet. De hormonencocktail in de anticonceptiepil kan volgens de studies die Hill verzamelde en zelf uitvoerde onder meer een impact hebben op je eetpatroon, stressniveau, emoties, seksuele voorkeuren, humeur en zelfs je partnerkeuze.
Dat is niet niks. Maar voor heel wat mensen is het ook niks nieuws.
Van constante huilbuien tot woede-uitbarstingen, van een seksleven dat naar bijna niets werd gereduceerd tot zelfs suïcidale gedachten: wie polst naar de ervaringen van zij die de anticonceptiepil slikken of geslikt hebben (daartoe behoren overigens niet alleen cisgender vrouwen, maar ook non-binaire en transpersonen) krijgt een arsenaal aan ervaringen op zich afgevuurd.
“Ik kreeg donkere gedachten, had enorme mood swings en was ontzettend emotioneel in het algemeen – ik weende zelfs om het voetbal”, vertelt Margot (22) die van de pil overstapte op het hormoonspiraal Mirena, dat een betere samenstelling bleek te hebben voor haar lichaam. Liesbeth (31) werd irrationeel snel kwaad en merkte dat ze ook sneller geprikkeld werd door zintuiglijke waarnemingen als geluid of licht. Hanne (20) is de pil dan weer beginnen nemen om de klachten van bepaalde psychische problemen te verminderen. Dat de pil dus een impact heeft op je mentaal welbevinden lijkt buiten kijf te staan, al hoeft die impact dus niet altijd negatief te zijn.
Opvallend: de meeste mensen ondervonden de effecten van de pil pas toen ze ermee stopten, omdat ze het ding al zo lang namen dat ze bijna niets anders meer gewoon waren. Elise (31) merkte al na drie weken een groot verschil: “Alsof ik een mentale bocht van 180 graden had gemaakt: ik lachte vaker, zag het weer positiever, voelde me mentaal en fysiek gezonder en kon weer genieten van kleine dingen.” Lauren (30) had al een hele tijd last van loodzware migraines, een lager libido en vlakkere emoties. “Het was mijn huisgenote, niet mijn huisarts, die suggereerde dat het misschien wel eens aan de pil kon liggen.” Laurens verhaal krijgt veel bijval: heel wat mensen meldden dat hun huisarts of gynaecoloog hen enkel had ingelicht van mogelijke fysieke bijwerkingen – een verhoogd risico op trombose, een bescherming tegen bepaalde kankers zoals eierstokkanker, dat hun puistjes zouden verdwijnen of dat ze eventueel zouden kunnen bijkomen – maar dat ze van mentale neveneffecten niet spraken.
Dr. Google
Volgens Sarah Hill wordt er pas de laatste jaren onderzoek gedaan naar de mentale effecten van hormonale anticonceptie. “We hebben als het over de pil gaat alleen maar gedacht aan wat er vanaf de nek naar beneden gebeurt, en niet daarboven”, aldus Hill. De resultaten van de studies die wél de emoties onder de loep namen, werden gepubliceerd in psychologische vakbladen die doorgaans geen huisartsen of gynaecologen bereiken, al haalden sommige resultaten wel de media omdat ze zo baanbrekend waren.
In 2016 liet een Deense studie onder een miljoen vrouwen zien dat vrouwen en vooral tienermeisjes die een anticonceptiepil slikken, vijf keer vaker een depressie krijgen. Datzelfde jaar toonde het Zweedse Karolinska Instituut aan dat er wel degelijk een oorzakelijk verband bestaat tussen het libido van de vrouw en de anticonceptiepil, iets wat professor gynaecologie Hendrik Cammu ook bevestigde tijdens een college bij de VRT in 2018, waarin hij zei dat minstens 15 procent van de vrouwen last heeft van een lager libido door de pil.
“We zijn ons zeker bewust van de impact die de pil heeft op het psychisch leven van de vrouw”, zegt gynaecoloog en vicevoorzitter van de Vlaamse Vereniging voor Obstetrie en Gynaecologie VVOG Johan Van Wiemeersch, die zegt dat het een goede zaak is dat Hill alle beschikbare informatie nu ook gebundeld heeft in een makkelijk toegankelijk boek. “Het probleem is vooral dat je moeilijk in absolute cijfers kunt spreken. Als een patiënte me vraagt of de pil die ik haar voorschrijf een impact kan hebben op haar libido of haar gemoed, dan zeg ik haar in alle eerlijkheid dat die mogelijkheid bestaat, maar dat we op voorhand niet kunnen weten of dat bij haar het geval zal zijn. De impact van die hormonen is voor iedere vrouw anders, juist omdat bij iedere vrouw de natuurlijke hormoonhuishouding anders is.”
Van Wiemeersch zegt dat het daarom heel belangrijk is om de keuze van anticonceptie te laten opvolgen door een arts en om je vooral niet te laten leiden door negatieve ervaringen van anderen. “Wat voor de ene een goede oplossing is, kan voor de ander toch vervelende bijwerkingen veroorzaken. En die horrorverhalen circuleren dan op het internet. Dr. Google is een gevaarlijke collega”, lacht Van Wiemeersch.
Daarom is het belangrijk dat je jezelf monitort, en eventuele ongewenste effecten die je meent te ervaren wel deelt, omdat de zoektocht naar een voorbehoedsmiddel dat bij je past een proces van trial-and-error is. “Wanneer een patiënt een ander (hormonaal) voorbehoedsmiddel gaat gebruiken, zal ik haar nooit langer dan drie maanden voorschrijven. Dat doe ik niet omdat ze dan een extra consultatie moet betalen, wel omdat ik het belangrijk vind dat ze haar ervaringen deelt zodat we samen kunnen bepalen of ze de juiste oplossing heeft gevonden.”
Wie zich vandaag wil beschermen tegen ongewenste zwangerschap kan kiezen uit een arsenaal van hormonale (de vaginale ring, het hormoonspiraal, de pleister, het staafje…) en niet-hormonale (het pessarium, het klassieke condoom, het koperspiraal) alternatieven, al blijft het een behoorlijk ingewikkelde zoektocht. Daarom dat het Vlaams expertisecentrum voor seksuele gezondheid Sensoa een anticonceptietool ontwikkelde op zijn site, zodat mensen de juiste weg naar het (vermoedelijk) geschikte middel vinden. En dat is lang niet meer altijd de pil.
Uit cijfers van de Belgische Gezondheidsenquête 2019 en verkoopcijfers van Belgische apotheken, verwerkt door de Algemene Pharmaceutische Bond, blijkt dat in 2004 nog 85 procent van de vrouwen die anticonceptie gebruikten naar de pil grepen. In 2013 was dat gezakt naar 54,2 procent en in 2018 daalde dat verder naar 48,1 procent. Op dit moment is de pil echter nog steeds het meest gebruikte anticonceptiemiddel. “Er wordt in de media regelmatig bericht over vrouwen die de pil aan de kant schuiven omdat ze geen hormonen meer in hun lichaam willen, maar dat zien we momenteel nog niet weerspiegeld in de cijfers: het pilgebruik daalt, maar dan vooral in het voordeel van langdurige anticonceptie zoals het hormoonspiraal”, zegt Katrien Vermeire, beleidsmedewerker anticonceptie bij Sensoa.
Russische roulette
Ook dat men tegenwoordig meer gebruik zou maken van natuurlijke methodes, zoals via je lichaamstemperatuur afleiden op welk punt je in je cyclus zit, ziet Sensoa niet in de cijfers. Integendeel. Het anticonceptiegebruik bij vrouwen in de vruchtbare leeftijd is sterk toegenomen. In 2013 gebruikte 78,4 procent van de vruchtbare vrouwen anticonceptie, in 2018 was dat 83,8 procent. Acht op de tien vruchtbare vrouwen in België gebruikt dus anticonceptie.
“Een van de mogelijke redenen waarom de alternatieven voor de pil in de lift zitten is niet alleen omdat men zich meer bewust is van de mogelijkheden, maar ook omdat een hele generatie vrouwen die ook al alternatieven heeft gebruikt nu moeder is”, zegt Vermeire. “Vroeger kon je om ‘De Pil’ niet heen, en werd die bij wijze van spreken doorgegeven van moeder op dochter, sommigen zelfs meteen via een voorschrift voor een jaarvoorraad. Vandaag de dag zijn steeds meer vrouwen tevreden over bijvoorbeeld het spiraal, de pleister of het hormonaal implantaat en willen ze die opties ook bekijken met hun dochter.”
Toch verdienen vrouwen beter dan de alternatieven die momenteel op de markt zijn, schrijft gezondheidsjournaliste Maya Dusenbery in Why Women and Men Need Better Birth Control. “Bijna zestig jaar na de geboorte van de eerste anticonceptiepil zijn de meeste hormonale voorbehoedsmiddelen nog steeds gebaseerd op dezelfde synthetische hormonen”, aldus Dusenbery. Bovendien blijft het systeem quasi onveranderd: de eisprong van de vrouw wordt hormonaal onderdrukt, zodat er niet bevrucht kan worden.
Wie anticonceptie neemt, weet dat er geen enkel middel is waarover je helemaal tevreden kunt zijn. “Ik heb op een gegeven moment de afweging gemaakt: wil ik puisten, tussentijdse bloedingen en migraine, of ga ik voor gewichtstoename en mood swings. Het is een Russische roulette waarbij de enige opties pest of cholera zijn”, zegt Ines (29).
Een Amerikaanse studie uit 2012 die peilde naar de tevredenheid over anticonceptie had als resultaat dat 91 procent van de ondervraagden vond dat er geen voorbehoedsmiddel was dat alles had wat ze wilden: efficiënt, betaalbaar en zo min mogelijk bijwerkingen. Dat is frustrerend, want als gebruiker ben je vooral afhankelijk van wat grote farmabedrijven vooropstellen.
Uit onderzoek blijkt dat veiligheid en doeltreffendheid de hoofdprioriteiten blijven in de hedendaagse ontwikkeling van voorbehoedsmiddelen, en dat er slechts weinig aandacht wordt besteed aan andere bijwerkingen die als minder gevaarlijk worden geacht. Een laag zelfbeeld, huilbuien, een verminderd libido of migraines mogen dan wel niet levensbedreigend zijn, ze kunnen echter wel levensbepalend zijn.
“Het is tijd voor het ontwikkelen van alternatieven”, oreerde Heleen Debruyne twee jaar geleden al in deze krant. “De farmaceutische industrie vindt de status quo comfortabel: de pil doet wat ze moet doen, en moet elke dag geslikt worden. Zolang vrouwen maar niet zwanger worden, zolang ze maar niet sterven aan dat ‘wonder der wetenschap’, rinkelt de kassa. De verandering moet van elders komen. En waarom niet van de mannen?”
Het lijkt logisch dat mannen, die tenslotte een heel jaar door vruchtbaar zijn in plaats van enkele dagen per maand, ook de geneugten van hormonale anticonceptie leren kennen. “Onderzoekers zijn al bezig met een mannenpil sinds het ontstaan van de vrouwenpil, schrijft Elaine Tyler May in America and the Pill. En mannen geven doorgaans ook aan een deel van de verantwoordelijkheid te willen dragen. Maar tot dusver is er nog geen hormonaal en omkeerbaar middel op de markt. In 2016 kwam men even heel dicht in de buurt met hormoonspuitjes die de spermahoeveelheid drastisch zouden verminderen, maar de studie werd stopgezet nadat proefpersonen melding maakten van –o ironie – bijwerkingen als acne en stemmingswisselingen.
Bovendien is het voor veel vrouwen nog steeds belangrijk om zelf de touwtjes in voorbehoedshanden te houden. “De mogelijkheid om zelf de keuze over hun eigen lichaam te mogen maken is een van de drijfveren van de ontwikkeling van de pil, en activistes als Margaret Sanger en Katharine McCormick vonden het essentieel dat vrouwen toegang hadden tot voorbehoedsmiddelen waarvoor ze niet op de medewerking van de man moesten rekenen”, aldus Tyler May.
Emancipatorische verdienste
Het voelt daarom nog steeds een tikkeltje ondankbaar om kritiek te hebben op de anticonceptiepil, zeker wanneer je ziet hoe in Amerika reproductive rights onder vuur liggen en hoe wereldwijd meer dan 200 miljoen vrouwen nog steeds geen toegang hebben tot anticonceptie. De pil hééft ons echt wel een dienst bewezen. Toen het ding in de jaren zestig gelanceerd werd, was het een van de belangrijkste katalysatoren voor de emancipatie van de vrouw. Dankzij anticonceptie kunnen we ons leven en onze toekomst beter plannen en zelf beslissen of die toekomst al dan niet kinderen bevat, en zo ja, wanneer die kinderen er best kunnen komen. Daar vaart iedereen wel bij.
“Maar”, zo stelt Heleen Debruyne, “het is niet omdat een geneesmiddel belangrijk is geweest dat we het niet in vraag mogen stellen. Niemand die zich kritisch uitlaat over de pil, wil de emancipatorische verdiensten van het ding in twijfel trekken.”
Ook Sarah Hill niet. Haar boek is naar eigen zeggen geen aanval op de anticonceptiepil, maar een aanvulling op de informatie die momenteel al vrij beschikbaar is en die gegeven wordt door huisartsen en gynaecologen. “Ik wil dat vrouwen begrijpen wat er met ze gebeurt of kan gebeuren als ze de pil slikken”, aldus Hill aan Trouw.
“Onderling hebben vrouwen het er al jaren over hoe ze zich soms anders zijn gaan voelen door het gebruik van de pil. Ik wil ze de taal en de kennis geven om die ervaringen te plaatsen. Mijn doel is niet om vrouwen van de pil af te krijgen. Ik wil ze wel laten zien waar ze op moeten letten, zodat ze het voorbehoedsmiddel kunnen kiezen dat het beste voor ze is. We hoeven niet te zeggen: de pil is goed of slecht. We kunnen wel zeggen: er zijn periodes in een vrouwenleven waarin het zinnig is om hem te gebruiken, maar weet wat de pro’s en contra’s zijn.”